Water brengt variatie in het terrein en is een broedplaats voor biodiversiteit. Als groeiplaats voor water- en moerasplanten, als leefgebied voor insecten en andere ongewervelden en als drinkplaats voor vogels en zoogdieren. Libellen gebruiken deze watertjes om hun eieren in te leggen. Warmte minnende insecten nestelen op de zonnige noordoever. Verder van de oever af staat struikgewas en zijn takkenrillen gemaakt. Deze struiken en rillen bieden eet, schuil en nestruimte voor allerlei dieren zoals vogels en egels.
Wanneer in het voorjaar temperatuur en luchtvochtigheid boven een bepaald niveau stijgen, kruipen de amfibieën uit hun holen. Massaal trekken de dieren naar een poel in de buurt; een tocht van soms wel anderhalve kilometer.
Een paddenpoel is een kwetsbare omgeving. Daar moet je voorzichtig mee omgaan. We beheren de poel daarom niet met – vaak zware – machines maar met de hand. Zo wordt er bijvoorbeeld gras gezeist!
Let op!
ꕤ Een paddenpoel is niet voor honden
ꕤ Een poel is geen speelwater
ꕤ Gooi geen takken, stammen, blad of ander materiaal in de poel
Bij calamiteiten bel 14-0172